maandag 14 oktober 2024
Door Uw Vasten, Offer en Gebed Kunt U Het Aankomende Oordeel Verminderen
Verschijning van Sint-Michaël de Aartsengel en Sint-Joan van Arc op 17 september 2024 aan Manuela in Sievernich, Duitsland

Ik zie een grote gouden lichtbol en ernaast een kleinere gouden lichtbol die boven ons in de lucht zweven. Een mooi licht komt naar ons toe en ik zie Sint-Michaël de Aartsengel uit het licht verschijnen. Hij is gekleed in witte en goudkleurige harnas. De heilige Michaël de Aartsengel vraagt me om op de vloer te liggen als een kruis en ook met mijn gezicht naar de grond voor boete en gebeden van verzoening en barmhartigheid. Ik bid meerdere keren zoals Sint-Michaël de Aartsengel gevraagd heeft: “Eeuwige Vader, wees ons genadig en aan de hele wereld! We vragen om genade en verzoening voor alle beledigingen tegen God. Wees ons genadig, Heer, wees ons genadig en aan de hele wereld.” Sint-Michaël de Aartsengel spreekt:
‘Moge God de Vader, God de Zoon en God de Heilige Geest u zegenen.’
Hij komt dichter bij ons. Op zijn schild staat ‘Quis ut Deus!’ Sint-Michaël de Aartsengel spreekt:
"Beste vrienden, bid veel! Vermijd elk verwarring van uw harten. Blijf trouw aan de leer van uw vaderen in het geloof. Gods woord is eeuwig! Volg geen nieuwe leerstellingen. Vraag om verzoening bij de Eeuwige Vader!"
M. vraagt nu om verzoening voor alle landen van de aarde tegen al het spotten aan God. De heilige Aartsengel Michaël spreekt:
"Door uw vasten, offer en gebed kunt u het aankomende oordeel verminderen. De uitbreiding van de oorlog kan worden voorkomen. Het ligt aan jullie. Dit is de wil van de Heer. Maar ik ben jullie hemelse vriend. Ik kom bij jullie van de Heer. Ik ben de Strijder van het Kostbare Bloed van Jezus Christus. Blijf trouw aan de Heilige Schrift!"
Boven zijn zwaard opent de Vulgata (Heilige Schrift) en ik zie het Bijbelvers John 14. Met verwijzing naar vers 5, als het vers dat de houding van de mensen toont:
Laat uw hart niet beangstigd zijn. Geloof in God en geloof in Mij! In mijn Vaders huis zijn veel woningen. Als het anders was, had ik jullie dan gezegd: Ik ga een plaats voor jullie bereiden? En als ik gaan om een plaats voor jullie te bereiden, kom ik terug en neem jullie bij Mijzelf op, zodat waar Ik ben, daar zult gij ook zijn. En waar Ik heengaan weet gij de weg. Thomas zei tot Hem: Heer, wij weten niet waar Gij naartoe gaat. Hoe kunnen wij dan de weg weten? (vers 5)
Jezus zei tegen hem: Ik ben de Weg en de Waarheid en het Leven; niemand komt tot de Vader behalve door Mij. Had gij Mij gekend, dan hadt gij ook mijn Vader gekend. Nu kennis jullie Hem en hebt Hij gezien. Filippus zei tegen Hem: "Heer, toon ons de Vader, en het zal ons genoeg zijn." Jezus antwoordde hem: "Zo lang ben ik bij jullie geweest, en gij kent Mij nog steeds niet, Filippus? Wie Mij heeft gezien, die heeft de Vader gezien; hoe kunt gij dan zeggen: 'Toon ons de Vader'? Gelooft gij dat Ik in den Vader ben en dat de Vader in Mij is? Als het anders is, geloof op grond van deze werken zelf! Amen, amen ik zeg jullie: Wie in Mij gelooft zal ook de werken doen die Ik doe; ja, hij zal nog grotere werken dan deze doen, omdat Ik naar den Vader ga. Wat gij ook vraagt in mijn Naam, dat zal Ik doen opdat de Vader verheven wordt door den Zoon. Als gij iets van Mij vraagt in mijn Naam, zal ik het doen. Als gij Mij liefhebt, dan houdt gij mijn geboden. En Ik zal den Vader vragen en Hij zal jullie een anderen Helper geven opdat Hij bij jullie blijft voor altijd; dat is de Geest der Waarheid, die de wereld niet kan ontvangen omdat zij Hem niet ziet noch kent Hem. Maar gij kennis Hem want Hij blijft bij jullie en zal in jullie zijn. Ik laat jullie niet wezen als wezenloos; ik kom tot jullie. Nog een weinig tijd en de wereld ziet Mij niet meer, maar gij zult Mij zien omdat Ik leef en ook gij zult leven. Op die dag zult gij weten dat Ik in mijn Vader ben, gij in Mij en Ik in u. Wie mijn geboden heeft en houdt hen, hij is het die Mij liefhebt; maar wie Mij liefhebt zal door den Vader geliefd worden, en Ik zal hem liefhebben en mij aan hem openbaren. Judas (niet Judas Iskariot) zei tot Hem: "Heer, hoe komt het dat Gij U alleen aan ons zult openbaren en niet aan de wereld?" Jezus antwoordde hem: "Als iemand Mij liefhebt, hij zal mijn woord houden; mijn Vader zal hem liefhebben, en wij komen bij hem inwoonen. Wie Mij niet liefheeft houdt mijn woorden niet. En het woord dat gij hoort is niet van Mij maar van den Vader die Mij heeft gezonden. Deze dingen heb ik tot jullie gesproken terwijl Ik nog bij jullie ben. Maar de Helper, de Heilige Geest, welke de Vader in mijn Naam zal zenden, Hij zal jullie alles leeren en u aan alle dingen herinneren die Ik tegen jullie gezegd heb. Vrede laat ik met jullie; Mijne vrede geef ik jullie; niet zoals de wereld geeft doe Ik het ook voor jullie. Laat uw hart niet beangstigd zijn noch verontrust. Gij hebt gehord dat Ik tegen jullie gezegd heb: 'Ik ga weg en kom weer tot jullie.' Als gij Mij liefhebt, zult gij blij zijn omdat ik naar den Vader ga want de Vader is groter dan Ik. Nu heb ik dit aan jullie verteld voordat het gebeurt opdat wanneer het gebeurt, gij moget geloven. Ik zal niet veel meer tot jullie spreken; want de heerser van deze wereld komt en heeft geen macht over Mij, maar dat de wereld moet weten dat Ik den Vader liefhebbe en doe zoals de Vader mij bevelen heeft gegeven. Sta op! We willen vandaar vertrekken!
Dan wil de Heilige Aartsengel Michaël het gebed van ons: "Sancte Michael Archángele, défende nos in proélio, contra nequitiam et insidias diáboli esto praesidium. Imperet illi Deus, súpplices deprecámur: tuque, Princeps militiae caeléstis, sátanam aliósque spiritus malignos, qui ad perditiónem animarum pervagántur in mundo, divina virtúte in infernum detrúde. Amen."
Toen mocht ik Zijn voet aanraken, die in een gesneden sandal zat. Hij zei me dat Hij deze voet, die ik mocht aanraken, op Kufstein zou plaatsen. De kleine gouden bol van licht opent en Sint-Jan de Maagd daalt uit deze bol van licht naar ons af. Zij draagt goudkleurig harnas en op haar borstplaat draagt zij een kruis gemaakt van robijnen. Sint-Jan de Maagd zal spreken:

"Geliefde kinderen des Heren, u wordt zo geliefd door God! Bidt, bidt erg veel! Bekeert uzelf! Boete is uw uitweg: leven in de sacramenten van de Heilige Kerk. Ik gaf Mijn hart aan Jezus en Maria op aarde, nu mag ik eeuwig leven in de Liefde van God. Hoe wonderbaar is de Heer en hoe wonderbaar is Zijne Allerheiligste Moeder Maria! Polen zal mijn zegen ontvangen, die de zegen des Heren is, als zij smachten en smeken! De Heer wil dat dit land niet verloren gaat. Ik ga ook naar Oostenrijk: als ze maar vragen, zal God hen zegenen! Blijft trouw in uw woorden en daden en altijd toegewijd aan God met een liefdevollend hart. Uw zuivere houding is cruciaal voor alles wat er om u heen gebeurt. Het is mijn meest verwoeste wens om u te leiden naar het Hart des Heren en in het Onbevlekte Hart van Maria, en ik zal uw harten ontbranden voor de Heer. Ik heb alles op aarde geleefd en mag liefde voortzetten aan het troon des Heren."
Daarna volgt een persoonlijk gesprek. Sint-Jan de Maagd spreekt:
"Ik heb alles in jullie biddende handen gelegd. Dit is het bevel des Heren aan jullie: trouw te blijven en te bidden. De Heilige Kerk niet te verlaten."
Sint-Jan de Maagd kijkt naar de Aartsengel Michaël. Hij spreekt tot ons:

"Wees moedig, beste vrienden, wees moedig! Ik ben de Strijder van het Kostbaar Bloed en zal voor jullie gaan en achter jullie aan gaan en aan jullie zijde zijn! De Heer wil jullie zegenen en jullie gaven geven. Hij zal dat doen in deze tijd met de zielen die trouw gebleven zijn. Jullie bidt voor de bekeering van zielen, zodat ze niet verloren gaan! Zoek bescherming in het Kostbaar Bloed onzer Heer Jezus Christus! In alles wat nu gebeurt: Maar ik zal bij jullie zijn! Deus Semper Vincit! Ik ben tevreden over jullie komst en nu zou ik de vriendschap met jullie willen vernieuwen en verstarken.
M.: “Weet u hoeveel dank ik jullie heb? Geef de Heer een liefdevolle groet van mij en eeuwige dank, beiden. Ik bedank jullie van harte. Ik zou jullie graag willen aanbevelen bijzonder de pelgrims uit Sievernich, het oratorium in Kufstein, alle priesters en religieuzen, de pelgrims die hier zijn en al hun intenties.” De Aartsengel Michaël en Sint-Jan de Maagd zeggen:
‘Dus willen wij met de priester zegen geven.’
De priester zegent en het verschijning van Sint-Michaël de Aartsengel en Sint-Jan worden nog stralender en mooier door de zegening van de priester. De Heilige Aartsengel spreekt:
"Quis ut Deus!"
Vervolgens keren de Aartsengel en Sint-Jan van Arc terug naar het licht en verdwijnen. We vernieuwen onze vriendschap met Sint-Michaël de Aartsengel met een gebed.
Dit bericht wordt aangeboden zonder vooroordeel ten aanzien van het oordeel van de Rooms-Katholieke Kerk.
Auteursrecht. ©
Zie het Bijbelvers Johannes 14 voor de boodschap.